Ik moet ook nog iets schrijven over Parijs. Daar ben ik afgelopen weekend geweest. Met haar, de vrouw die mijn leven binnen is komen fladderen en die er nu genoegen in schept zo nu en dan op mijn schouder mee te reizen naar verre oorden. Ze vindt het leuk als ik haar hier noem en vertel hoe leuk ik haar vind. Wel: met z’n tweetjes naar Parijs was heerlijk. Het deed me het gewone leven compleet vergeten. Parijs is prachtig al had ik misschien vaker om me heen moeten kijken en minder in de ogen van m’n lief.
We deelden samen een hotelkamer. Laat dat geen verrassing zijn. Dat is wat je doet als je elkaar leuk vindt: in ruil voor wat warmte ’s nachts ben je bereid je wallen en taddenborstel aan het zicht van de ander bloot te stellen. Ik word ’s ochtends slecht wakker. Het duurt zeker een half uur voordat er met mij een gesprek van enige betekenis gevoerd kan worden. Je kunt dus gerust stellen dat ik nogal een contrast vormde met het moois dat de andere helft van het bed besliep. Ik hoop dat ik niet al teveel gegromd heb.
Overigens, het reizen met de metro in Parijs was een waar genoegen! Het is snel, comfortabel en je beleeft nog eens wat. En passant hebben we nog best wat tijd op stations doorgebracht. Eenmaal uit de metrotunnel word je elke keer weer verrast door een nieuw uitzicht. Het Louvre bijvoorbeeld (veel blote mannen en vrouwen daar) of de Eiffeltoren (veel touristen in korte broeken daar) of de Moulin Rouge (veel opblaasbare poppen daar). Maar nu ben ik weer terug. Jammer wel.