Onze eerste echte dag in Kentucky: we worden opgehaald door twee gastouders van Judica uit de tijd dat ze uitwisselingsstudent was. Annetta komt oorspronkelijk uit Duitsland; haar man Manuel is een echte ‘local’. Je hebben hun kleindochter Addison meegenomen. Het is liefde op het eerste gezicht, zogezegd. Niet alleen op hun Ferrari-rode truck, maar we worden ook ontzettend hartelijk ontvangen.
We hebben een druk programma, met heel veel leuke dingen. Eerste stop: de Woodford Reserve Bourbon-stokerij. Bourbon en Kentucky zijn synoniem. En sterker nog, je zou kunnen zeggen dat Bourbon voor de Amerikanen is wat Scotch is voor de schotten. Het is de nationale drank: Whisky Amerikaanse stijl.
Randy, die zelf niet onder invloed is, maar op zijn eigen gepensioneerde manier wel wat guitigs heeft, leidt ons rond over ‘the estate’. Hij waarschuwt ons eerst maar eens uitvoerig voor brandgevaar. Al die alcoholdampen zorgen voor veel brandgevaar. Over het gevaar van diezelfde walmen dronken te worden zegt hij wijselijk niets. Goedlachs laat Randyons het hele proces zien. Trots vertelt hij hoe de Bourbon Whisky zich onderscheidt van andere Whisky’s: hij wordt twee jaar gerijpt op een beroet vat en wordt voor tenminste 51% uit mais gemaakt.
We mogen overal kijken. In de zaal waar het maismengsel gist hangt een heerlijk zoete geur. Het ruikt naar een mengsel van banaan en boterzoete mais. Dan krijgen we de prachtige ketels te zien; helemaal uit koper, weet Randy ons trots te vertellen. De ketels komen uit Schotland en zien er onberispelijk uit. Nog terwijl Randy ons uitlegt wat alle buizen doen, lopen de eerste druppels Whisky uit de derde destillatieketel. Nog geen Bourbon, maakt Randy ons nog maar eens duidelijk: voordat het die eretitel uit Kentucky mag dragen moet het nog twee jaar op eiken vaten, van binnen zwartverkoold, rijpen.
Het slotstuk en misschien ook wel hoogtepunt is de proefsessie. Niemand van het gezelschap behalve ondergetekende wil proeven en een beetje tipsy constateer ik twee glaasjes verder dat de Bourbon van Woodford zeker niet slecht is. Zacht van smaak, lichtgerookt en vol met verbogen vanille– en karameltonen. Voor de zekerheid krijg ik bij het monsterglaasje ook een kaartje met die omschrijving. Yum!
Voor de avond staat er een honkbalwedstrijd op het program. De Lexington Legends spelen thuis. Om ons op te laden eten we eerst wat bij Cracker Barrel, een keurig gemanicuurd ‘authentiek Amerikaans’ eethuis. ‘Meatloaf with mashed potatoes, brown gravy, bread-fried okra and biscuits’ voor mij. Tot Judica’s grote verbazing verkopen ze in het winkeltje van Cracker Barrel ook stroopwafels… authentiek Amerikaans.
We gaan, terwijl Annetta naar de kapper gaat, nog even binnen bij de plaatselijke Wallmart. Het winkelpand is groter dan een gemiddelde IKEA en huisvest onder zijn dak alles wat het Amerikaanse leven draaglijk maakt. Van grote gallonflessen cola tot gezinsverpakkingen Orio’s en van kleding in alle maten van L tot XXXL tot een breed assortiment geweren. We kopen er wat kleinigheden en treffen Manuel en Addison duttend in de auto.
De wedstrijd is een belevenis. Jongens met suikerspinnen en ‘snowcones’ lopen hun waar aan te prijzen terwijl het merendeel van de bezoekers op de door Ford gesponsorde hotdogs kauwt. De Legends maken hun naam niet waar: de pitcher gooit veel wijd en laat daardoor de tegenstanders vaak lopen. Ons boegeroep helpt weinig. 2 innings voor het einde verlaten we het stadium: het wordt met 59 graden Fahrenheit wat te koud voor ons. Tussen de vele trucks op het parkeerterrein vinden we onze ‘eigen’ Ford, nog even rood en glansrijk als 3 uur tevoren.
Rond half elf komen we terug bij Penny en Turner, de gastouders bij wie we logeren. Ze zijn al naar bed, maar hun warme wat verstrooide huis verwelkomt ons even hartelijk. Sidney en Anthracite liggen op de bank te slapen; van Fedra ontbreekt elk spoor. Het lijkt erop dat moeder haar twee hondenkinderen even zat is. We gaan naar bed, ons verheugend op een dag met twee fantastische en bijzondere mensen. Penny en Turner zijn de hartelijkst denkbare mensen.