Zo-even werd ik door mijn afstudeerbegeleider aangeschoten. Op MSN, wel te verstaan, want dit is de 21e eeuw. Persoonlijk contact wordt in dit centennium bij voorkeur tot een minimum beperkt. Op die manier voorkomen we onnodige infectie met onwenselijke bacillen en worden we niet met meer emoties geconfronteerd dan we als moderne mensen in redelijkheid aankunnen. Als we emoties willen beleven, zetten we immers gewoon Titanic op, niet?
Hmm, een beetje flauw van me om zo cynisch te doen. Bovendien wek ik ten onrechte de indruk dat Andy het slecht met me voor heeft. Integendeel. Bovendien is Andy een begenadigd wetenschapper en time-manager. Twee kwalificaties waarover ik misschien wel nooit in de eerste persoon zal kunnen spreken. Hij zit een paar kamers verderop en realiseert zich dat afstemmen via MSN een hoop small-talk scheelt.
Niet dat ik hem probeerde te sabotteren, maar ik ben toch maar even bij hem langs gelopen. Even praatje maken. Gezellig! Als kind van de vorige eeuw houd ik stiekem wel van zulke intimiteiten. Praatje maken, samen een kopje koffie drinken, even in gezamenlijkheid mijmeren over het leven. Vanochtend nog: een gezellig oudere dame zette zich naast mij in de trein. Samen hebben we even ongecompliceerd over prinsjesdag gekeuveld. Ze wist wel een plaatsje vanwaar ze de gouden koets goed zou kunnen zien. Gezellig hoor!
Maar goed, even terug naar wat ik wilde zeggen (jammer, want eigenlijk wilde ik nog wel even kwijt hoe ik vanochtend middels een list een waardebon voor een cappuccino heb ingewisseld voor een gewone koffie!): ik heb enige aanmoediging nodig. Vrijwilligers gezocht, dus. Wie wil mij aanmoedigen? Het kan zo eenvoudig zijn als een beetje respect op mijn hyve of een een-zin-mailtje van een positieve strekking. Ik heb het nodig. Of liever, mijn studie heeft het nodig. Och, moedig mij aan. Je krijgt er beslist geen spijt van. Heus niet!
Nou vooruit. Ik vertel het toch, maar kort dan! Ik vroeg de NS mevrouw vanochtend om een cappuccino zonder melk. Na enig nadenken kwam ze tot de conclusie dat ze me dat niet weigeren kon. Wat ben ik toch slim…